Je hebt het niet van mij, maar…..

Een maand aan het Binnenhof.


Journalist Joris Luyendijk verbleef een maand in het gezelschap van politici, voorlichters, journalisten en lobbyisten Deze vier groepen bepalen met elkaar de gang van zaken aan het Binnenhof. Hij mocht het functioneren van de Haagse perssociëteit Nieuwspoort van binnenuit observeren. Hij schreef een boeiend en soms ontluisterend beeld van hoe de groepen zich onder elkaar en tot elkaar verhouden. Menige illusie over onze volksvertegenwoordigers  wordt in dit boek doorgeprikt.

Helder wordt hoe deze vier groepen elkaar nodig hebben om te functioneren. Zij hebben elkaar in de houdgreep en kunnen daarom niet permanent vijanden zijn. Gezamenlijk  vormen zij zo nodig een front tegenover de buitenwereld. Zo houden zij de mythe in stand dat alles in Den Haag wordt beslist, terwijl zij met elkaar heel goed weten dat de macht van Europa vaak doorslaggevend is.

Wat ook opmerkelijk is, is dat de politieke cultuur niet transparant is. In landen als de Verenigde Staten zijn lijsten beschikbaar van lobbyisten en overzichten van wie voor of tegen wetsvoorstellen heeft gestemd. Wat Luyendijk ook constateert is dat er geen cultuur is van memoires. In Engeland of Amerika schrijven toppolitici veel sneller en opener hun memoires. In Nederland gebeurt dat nauwelijks.

Politici hebben weinig ondersteuning om hun werk te doen. Gevolg hiervan is dat zij hun keuzes vaak baseren op de visie van een fractiegenoot, maar ook dat zij gemakkelijk te beïnvloeden zijn door lobbyisten. Besluitvorming gebeurt vaak op basis van niet meer dan één A4-tje. Lobbyisten weten dat en vinden allerlei wegen om bij politici binnen te komen. Zij organiseren contactmomenten en dringen binnen tot het privédomein van politici. Privé en zakelijk lopen in deze wereld door elkaar heen.

Kamerleden werken in een permanente concurrentiestrijd op allerlei niveaus. Zo is er de strijd binnen fracties om goede woordvoerderschappen en het gevecht met elkaar om aandacht in de media. Zij spelen een spel van contacten en voor wat hoort wat. Doel is hogerop komen.

Voorlichters zijn er om het imago van politici te bewaken. Zelf zijn zij onzichtbaar. Zij schuwen intimidatie van journalisten niet. Ook werken zij op het schuldgevoel van journalisten door steeds verontwaardigd te doen over wat ze geschreven hebben. Zo proberen ze goedmakertjes te krijgen in de vorm van een interview of artikeltje waarin hun politicus zich kan profileren. Voorlichters kunnen straffen door informatie over een persconferentie niet te geven of door naar de hoofdredacteur van de journalist te bellen om te klagen.

Interessant is het om te kijken naar wat journalisten zelf doen om hogerop te komen. Een manier is om zoveel mogelijk in beeld te komen bij andere media. Vaak gaat het  minder om de inhoud gaat en meer om het Haagse spel.
Luyendijk komt tot de metafoor van de Haagse politiek als soap. Verhaallijnen gaan altijd door omdat ze niet over één hoofdrolspeler gaan, maar over de onderlinge verhoudingen van een hele groep.

Het boek van Joris Luyendijk is een vlot geschreven journalistiek beeld van wat zich onder de Haagse stolp afspeelt. Hij noemt het zelf in zijn nawoord de schets van een sneltekenaar. Voldoende diepgang om een beeld te schetsen van wat er gebeurt tussen politici, lobbyisten, journalisten en voorlichters zonder pretentie van wetenschappelijkheid. Je vliegt er als het ware doorheen.

Bert van Ravenhorst,
juli 2011.

Voor meer informatie, zie Managementboek.nl:
http://www.managementboek.nl/boek/9789057594250/
je_hebt_het_niet_van_mij_maar._._.-joris_luyendijk?affiliate=1910