Een metafoor over 'bazengedrag', de loyaliteit van sommige medewerkers en ?Human Talents'.
(de bron van onderstaand verhaal heb ik niet kunnen achterhalen. Ik kreeg ?m toegezonden van een goede kennis van me).
De slager deed de worstjes en de kippenpoten in een zak en hing die in de bek van het dier. Het dier accepteerde dit zonder ze op te peuzelen, waardoor de slager zo onder de indruk was dat, omdat het toch tegen sluitingstijd aanliep, hij besloot de zaak te sluiten en achter de hond aan te lopen om te kijken wat die er mee deed.
De hond liep weg met de slager er achter aan. Aan gekomen bij een stoplicht, zette de hond de zak neer en sprong tegen de knop aan die hem kon laten oversteken. De hond wachtte rustig totdat het licht groen werd, pakte de zak weer in de bek en stak over.
Vervolgens kwam de hond bij een bushalte en begon naar de tijdtabel te kijken. De hond checkte de tijd en nam plaats op een van de plaatsen waar wachtenden konden zitten. Een bus die aankwam maakte dat de hond van zijn plaats af kwam, naar de voorkant van de bus liep om te kijken welk busnummer er op stond. Maar hij ging vervolgens terug naar zijn wachtplaats om daar opnieuw plaats te nemen. Een volgende bus kwam aan waarbij de hond opnieuw keek naar het nummer, constateerde dat dit de juiste bus is en instapte. De slager wist niet wat hij zag. Ongelofelijk!
De bus reed verder richting de buitenwijken waarbij de hond op een bepaald moment op zijn achterpoten ging staan en op een van de vele knoppen in de bus drukte om deze te laten stoppen. De hond, met het tasje met vleeswaren in zijn bek, stapte uit en liep vervolgens naar een bepaald huis. Hij zette de slagersproducten een beetje op zij naast de deur, nam een aanloop en gooide zichzelf tegen de deur aan die niet open werd gedaan. De hond liep naar het raam toe, ging hernieuwd op zijn achterpoten staan en sloeg met zijn kop een paar maal tegen het raam.
De voordeur ging open. Een grote ruige vent keek naar de hond en begon op hem te schelden, gaf hem een schop en sloeg hem een paar maal. De slager in opperste verontwaardiging liep op de vent toe en stopte hem van het aftuigen van de hond.'Wat ben je aan het doen? Die hond is geniaal. Hij kon zo op televisie!', waarop de ruige vent antwoordde, ?Noem je dat slim! Noem je dat werkelijk slim! Dit is al de tweede keer deze week dat dit stomme beest vergeet de sleutel van de voordeur mee te nemen om die open te doen.'