Kees Koning is zelfstandig coach en consultant over 45+ en ondernemerschap.
Bert van Ravenhorst is hoofd Algemene Zaken van de Gemeente Maasluis en coach.
Met toestemming overgenomen uit: Staatscourant nr. 247, rubriek Perspectief, 19 december 2006.
Gemeenten zouden meer moeten stimuleren dat hun ambtenaren ook naast hun werk actief zijn, als ondernemer of vrijwilliger bijvoorbeeld, schrijven Kees Koning en Bert van Ravenhorst. Dit houdt ambtenaren gemotiveerd. Bovendien kun je als gemeente profiteren van de kennis en vaardigheden die ambtenaren elders hebben verworven.
Gemeenten hebben niet het imago, dat ze creatief en vernieuwend zijn. Ze hebben vooral het imago dat ze behoudend, degelijk en eigenlijk saai zijn en dat er ambtenaren werken met gunstige arbeidsvoorwaarden, korte werktijden en zeer lange dienstverbanden. Dit beeld komt niet meer overeen met de werkelijkheid. Gemeenten ontwikkelen zich steeds meer als moderne klantgerichte organisaties die vergelijkbaar zijn met het bedrijfsleven. Naast lange dienstverbanden komen ook steeds meer korte dienstverbanden en flexibele arbeidsontracten voor. Gemeenteambtenaren zijn net zo vernieuwend en creatief als werknemers in het bedrijfsleven.
Toch blijft het imago de gemeenten parten spelen, waardoor het lastig is nieuw personeel aan te trekken en te behouden. Zeker nu de gemeenten door de vergrijzing de komende jaren te maken krijgen met een grote vervangingsvraag is het nodig om het beeld van het werken van de gemeenten sterk te verbeteren. Een belangrijk punt waarop gemeenten zich moeten onderscheiden op de arbeidsmarkt zijn de relatief gunstige arbeidstijden: veel ambtenaren werken bij een volledige dienstbetrekking vier dagen van negen uur per week en hebben daarnaast een groot aantal vrije dagen. Dit geeft hun de gelegenheid zich ook buiten de dienstbetrekking verder te ontwikkelen. Veel gemeenteambtenaren nemen aan cursussen deel buiten het werk en zijn actief in het vrijwilligerswerk. Ook zijn zij naast het werk steeds vaker werkzaam als parttime ondernemer.
Gemeenten zouden hun ambtenaren veel meer moeten stimuleren om naast het werk actief te zijn. Bijvoorbeeld door een opleiding te volgen, als vrijwilliger of bestuurder actief te zijn, etc. De kennis en praktijkervaring die zodoende wordt opgebouwd zou moeten worden gewaardeerd met zogeheten EVC-procedures. EVC staat voor Erkennen van Verworven Competenties. Daardoor kan de praktijkervaring die in maar ook buiten het werk is opgedaan beter herkend en erkend worden. Dat kan leiden tot verandering van functies binnen de gemeente en daardoor tot grotere mobiliteit.
Gemeenten zouden ook het ondernemerschap van hun ambtenaren meer moeten bevorderen. Uit onderzoek van het A+O fonds Gemeenten blijkt dat maar liefst 18% van de gemeenteambtenaren interesse heeft om een eigen bedrijf te beginnen! Heel vaak als coach, trainer of adviseur. Meestal individueel, maar soms ook samen met collega’s bij de verzelfstandiging van een gemeentelijke dienst. Deze cijfers staan haaks staan op het huidige imago van gemeenteambtenaren. Ze maken echter duidelijk dat de ambtenaar van vroeger in rap tempo verdwijnt en dat gemeenten daarop een antwoord moeten geven om een aantrekkelijke werkgever te blijven.
Er is echter bij veel gemeenten huiver het ondernemerschap te bevorderen, omdat het snel kan leiden tot verstoring van de concurrentieverhoudingen en/of de integriteit van de gemeenteambtenaar. Het is echter de vraag of deze bedreiging van het ondernemerschap re?el is. Onze ervaring is dat ambtenaren die een bedrijf hebben uit eigen beweging hun klanten zoeken bij een andere gemeente om mogelijke conflictsituaties te vermijden. Daarnaast kan de gemeente met betrokkene afspraken maken om het starten van een bedrijf te reguleren (concurrentiebeding). Maar vooral: het starten van een eigen bedrijf naast het werken in dienstbetrekking kan mensen gemotiveerd houden om te gaan en blijven werken bij een gemeente.
Door als al dan niet parttime ondernemer te werken, werk je aan competenties waar gemeenten steeds meer om vragen: resultaatgerichtheid, omgevingsbewustzijn, klantgerichtheid, netwerkvaardigheden, kostenbewustzijn en flexibiliteit. Zeker nu gemeentelijke organisaties steeds meer op organisaties in het bedrijfsleven gaan lijken is een wisselwerking tussen deze werelden voordelig voor gemeenten. Gemeenten kunnen mede hierdoor hun onterecht suffe imago van zich afschudden.
We pleiten er daarom voor dat gemeenten meer stimuleren dat hun ambtenaren ook naast hun werk actief zijn. Als vrijwilliger, door het volgen van opleidingen ?n als ondernemer. Door dit stimulerende beleid kunnen gemeenten zich profileren op de arbeidsmarkt. Vooral het ondernemerschap kan stimulerend werken voor de gemeentelijke organisatie door de ori?ntatie op winst en klanttevredenheid. Te veel gemeenten hebben koudwatervrees als het gaat om stimuleren van het ondernemerschap van hun ambtenaren. Door heldere afspraken over urenbesteding, concurrentie en integriteit kunnen problemen vroegtijdig worden voorkomen, als deze zich al zouden voordoen.