Het geloof in de werking van de vrije markt is deels wel terecht, maar voor een groot deel ook onterecht. Er is namelijk veel onvrijheid in de markt, veroorzaakt door het bedrijfsleven maar ook door consumenten en zelfs door de overheid.
Grote bedrijven hebben er belang bij de vrijheid van de markt in te perken en dat lukt ze ook aardig. Zo beheersen de grote Nederlandse banken de hypotheekmarkt zodanig, dat ze hun rentemarge makkelijk kunnen opschroeven. De oliemaatschappijen vormen geen kartel, maar de prijswijzigingen van Shell worden met argusogen gevolgd door de andere maatschappijen. Verzekeraars zorgen met elkaar voor veel intransparantie in de markt, die zelfs door onafhankelijk prijsvergelijkers niet makkelijk te doorzien is en vervolgens is het voor consumenten nog een hele puzzel om de informatie van de prijsvergelijkingssites te doorgronden.
Grote retailketens beheersen de meestbezochte winkelstraten en –pleinen, waardoor de kleine winkeliers minder goed toegankelijk zijn. De kostbare loyaliteitsprogramma’s en reclameuitingen van grote bedrijven zijn in die zin dwingend voor de consument, dat ze er niet voor kunnen kiezen er niet aan mee te betalen terwijl ze nogal eens noodgedwongen gebruik moeten maken van deze bedrijven. Diverse bedrijven proberen via abonnementen klanten te binden, terwijl die klanten die binding lang niet altijd op prijs stellen. Zo kunnen we nog wel even doorgaan.
Consumenten kunnen alleen optimaal profiteren van de marktwerking, als ze daar veel tijd en aandacht aan besteden. De meeste consumenten hebben daar echter geen zin in en laten het zoeken naar de beste aanbieding grotendeels of geheel achterwege. Elk jaar weer kijken naar de goedkoopste autoverzekering kan wel wat opleveren, maar kost ook moeite en rompslomp, en als er in de grote en verwarrende informatiestroom niet goed wordt opgelet kan het zelfs een nadeel opleveren. Bij het verbouwen van de badkamer worden dikwijls weinig of geen vergelijkende offertes aangevraagd, maar wordt het gegund aan het bedrijf waar men in eerste of tweede instantie bij terecht is gekomen.
Uitzoeken van vakantiemogelijkheden via internet lijkt makkelijk maar kan door het enorme aanbod ook ontmoedigend werken. Aangeland in de supermarkt (bijna altijd dezelfde) worden aldaar door de meeste consumenten alle boodschappen gedaan, want een zoektocht langs vele winkels naar de beste aanbiedingen kost nu eenmaal veel tijd en moeite. Wie gaat funshoppen in een dure winkelstraat zal daar allerlei spullen kopen zoals merkkleding, terwijl diezelfde spullen elders minder kosten. Wie bij zichzelf te rade gaat, zal al snel moeten toegeven dat hij/zij nogal wat steken laat vallen waar het gaat om optimaal marktgedrag.
De overheid treedt in veel gevallen op als marktmeester die de vrije markt probeert te garanderen, wat overigens bij lange na niet leidt tot het uitbannen van alle ongewenst gedrag van bedrijven. Aan de andere kant draagt de overheid ook bij aan allerlei zaken die de vrije markt juist aan banden leggen, zoals beperkende vergunningstelsels waardoor nieuwe toetreders belemmerd worden, allerlei nalevingskosten waaraan bedrijven onderhevig zijn en die vooral voor het MKB lastig op te brengen zijn, onvoldoende handhaving van regels waardoor er valse concurrentie kan ontstaan, geven van opdrachten aan grote bedrijven in plaats van samenwerkende MKB-ers, belasting- en subsidievoordelen voor grote bedrijven die nauwelijks toegankelijk zijn voor het MKB, regels voor de huizenmarkt die deze markt danig hebben verstoord, regels voor de arbeidsmarkt die een optimale werking sterk beperken.
Het geloof in marktwerking is bij de overheid ondertussen nog steeds groot. De overheid heeft zelfs diverse publieke taken geprivatiseerd, hetgeen zeker niet alleen maar heilzame effecten heeft gehad, zoals regelmatig door pers en media wordt geconstateerd en trouwens ook wordt aangetoond in allerlei evaluatieonderzoek.
Is marktwerking dan alleen maar een illusie? Dat gaat te ver. Als je als consument de nodige inspanning getroost, kun je voor minder geld meer binnenhalen. Als je als MKB-er je uiterste best doet, kun je laten zien dat je zelfs beter presteert dan een groot bedrijf. Innovatieve bedrijven zullen altijd de markt tot op zekere hoogte openbreken.
Wat ook zou helpen is als de overheid allerlei regels die de marktwerking beperken zou verbeteren, en liever nog zou vereenvoudigen of helemaal afschaffen. Immers, complexiteit van regelgeving is op zichzelf al een belemmering voor gezonde marktwerking.
Peter van Hoesel
Maart 2013
Boeken van Peter van Hoesel en verdere informatie.
– http://www.ambachtseconomie.nl/
– Hoesel, P. van (2008) Partij van de Eenvoud. Uitgeverij Sdu, Den Haag
Via Bol.com
Partij voor eenvoud / druk 1
Hoesel, P. van
Via Managementboek.nl
Samenvatting van 'Partij voor eenvoud'
Het beleid van de overheid is in de afgelopen decennia allengs ingewikkelder geworden. Bij elkaar genomen is het beleidssysteem inmiddels zo ingewikkeld, dat de kwaliteit van het beleid in ernstige mate is aangetast. Beter beleid wordt regelmatig belemmerd door bestaand beleid. Ernstiger is dat bestaand beleid in veel gevallen onvoldoende blijkt te werken of zelfs negatieve effecten oplevert. Het vertrouwen in de overheid heeft daardoor flinke schade opgelopen.
Het is voor onze samenleving van wezenlijk belang om deze schade te gaan herstellen. Daarvoor zijn drastische beleidswijzigingen nodig om dat kleine aanpassingen niet altijd tot vereenvoudiging leiden. Helaas zijn grote veranderingen bijzonder lastig te verwezenlijken, want politieke partijen houden elkaar voortdurend in een patstelling. De kiezer weet daardoor niet meer waar hij zijn stem moet laten.
Het valt te hopen dat politici zich op afzienbare termijn durven te bevrijden uit deze patstelling. Zij kunnen daarvoor de nodige inspiratie putten uit dit boek, en politiek geïnteresseerde burgers zullen hen daarbij hopelijk aanmoedigen.
Inhoudsopgave
Voorwoord
1. Inleiding
2. Een synthese tussen links en rechts
3. Naar een organische economie
4. Economische groei
5. Kwaliteitscriteria voor overheidsbeleid
6. Valkuilen in het beleidsproces
7. Sociaal-economisch beleid
8. Economisch stimuleringsbeleid
9. Publieke dienstverlening
10. Binnenlands bestuur, democratie en grondrechten
11. Ruimtelijke ordening en infrastructuur
12. Veiligheid en milieu
13. Internationaal beleid
14. Een doortastend beleidsprogramma
Zie verder: http://www.managementboek.nl/boek/9789012129190/
partij_voor_eenvoud_peter_van_hoesel?affiliate=1910
Peter van Hoesel over methoden en technieken voor beleidsonderzoek
Via Bol.com
Beleidsonderzoek in Nederland / druk 1
P.H.M. van Hoesel & J.W.M. Mevissen
Via managementboek.nl
Samenvatting van 'Beleidsonderzoek in Nederland'
'Beleidsonderzoek in Nederland' schetst een beeld van de wordingsgeschiedenis, de huidige stand van zaken en de te verwachten ontwikkelingen van het beleidsonderzoek in Nederland. Het gaat hier om een relatief jong vakgebied dat zijn wortels heeft in de wetenschap. Beleidsonderzoek is langzamerhand een belangrijke rol gaan spelen in de ontwikkeling en uitvoering van beleid bij overheden, organisaties in het maatschappelijke middenveld en, zij het nog in mindere mate, het bedrijfsleven. Het spreekt bijna voor zich dat de exacte invulling van die rol afhankelijk is van de behoeften van de opdrachtgever. Daarom wordt gebruik gemaakt van een veelheid aan methoden en technieken, theorieën, producten, rapportagetypen, enzovoort. Tegelijkertijd vindt er binnen het vakgebied een voortdurend proces van innovatie en professionalisering plaats waardoor sneller, beter en tegen minder kosten aan de vraag kan worden voldaan.
In tien hoofdstukken laat dit boek zien:
– wat beleidsonderzoek is;
– hoe het ontstaan is;
– welke rol het speelt in het beleidsproces en welk rendement het kan hebben;
– hoe de Nederlandse markt er uit ziet en hoe beleidsonderzoek in het buitenland georganiseerd is;
– welke kritiek erover geuit wordt en waarom;
– wat het toekomstperspectief voor het vak is.
Het boek is bedoeld voor beleidsonderzoekers (bij onderzoeksinstituten én bij interne onderzoeksafdelingen), opdrachtgevers, beleidsontwikkelaars en uitvoerders, toezichthouders en studenten die zich tot het vak aangetrokken voelen.
Inhoudsopgave
1 Geschiedenis van het beleidsonderzoek in Nederland
1.1 Inleiding
1.2 De ontwikkeling van beleidsonderzoek in drie perioden
1.3 Het prille begin (de periode tot 1945)
1.4 De overgangstijd (1945 – 1975)
1.5 Het tijdperk van professionalisering (1975 – heden)
1.6 Afsluiting
2 Geschiedenis van het beleidsonderzoek in de Verenigde Staten
2.1 Grondslag van Policy Sciences
2.2 Groeiende kennis, groeiende invloed
2.3 Drors nieuwe wetenschap
2.4 Verschillende opvattingen
2.5 Booming Business
2.6 Controverse
2.7 Great Society
2.8 Niet langer bijzonder
2.9 Rand Corporation
2.10 Speaking truth to power
2.11 Heroriëntatie en politieke actie
2.12 Uitwaaierend beleidsonderzoek
2.13 Evaluatie
2.14 Amerika en Europa
3 Wat is beleidsonderzoek?
3.1 Definitie en kenschets
3.2 Wat is beleidsonderzoek niet?
3.3 De groei van het evaluatieonderzoek
3.4 Afsluiting
4 Het beleidsproces in theorie en praktijk
4.1 Inleiding
4.2 Het begrip ‘beleid’
4.3 Het beleidsproces in fasen
4.4 Van probleem naar oplossing: de beleidstheorie
4.5 Typen van beleid
4.6 Het beleidsproces in de praktijk: de aanleg van IJburg
4.7 Kritiek op het fasenmodel
4.8 Samenvatting
5 Plaats en functies van beleidsonderzoek in het beleidsproces
5.1 Het belang van onderzoek voor de beleidsontwikkeling
5.2 Kennismanagement
5.3 Relatie tussen onderzoek en beleid
5.4 Het model van de beleidscyclus
5.5 Functies van beleidsonderzoek
5.6 Afsluiting en relativering
6 Wat is het rendement van beleidsonderzoek?
6.1 Inleiding
6.2 Voorwaarden voor het optreden van rendement
6.3 Rendementstypen
6.4Partijen die specifieke typen rendement kunnen ondervinden
6.5 Kan rendement van beleidsonderzoek gemeten worden?
6.6 Hoe kan het feitelijk gebruik van beleidsonderzoek verbeterd worden?
7 De markt voor beleidsonderzoek
7.1 Inleiding
7.2 Intern onderzoek
7.3 Intern of extern onderzoek?
7.4 De markt voor extern beleidsonderzoek
7.5 Is het beleidsonderzoek optimaal georganiseerd?
7.6 Conclusies
8 Beleidsonderzoek in onze buurlanden
8.1 Inleiding
8.2 Duitsland
8.3 Groot-Brittannië
8.4 Vlaanderen 138
9 Beleidsonderzoek onder vuur
9.1 Hoe meer onderzoeksrapporten, hoe meer elkaar tegensprekende resultaten
9.2 Beleidsonderzoek is ‘quick and dirty’
9.3 Er is te veel onderzoek, je ziet door de bomen het bos niet meer
9.4 Onderzoek levert lange, onleesbare en technische rapportages op
9.5 Goed onderzoek, maar met een verkeerde probleemstelling
9.6 Beleidsonderzoek levert conclusies op waarmee je alle kanten op kunt
9.7 Onderzoeksresultaten komen vaak als mosterd na de maaltijd
9.8 Opdrachtgever heeft de onderzoekers/het onderzoeksbureau gemanipuleerd
9.9 Beleidsonderzoek trapt open deuren in
9.10 Beleidsonderzoek is lastig omdat er steevast om meer of ander beleid wordt gevraagd
10 Een toekomstperspectief voor het beleidsonderzoek
10.1 Alles beweegt, maar waarheen?
10.2 Steeds sneller en beter door ICT
10.3 Het begrip ‘deskresearch’ krijgt een andere betekenis
10.4 Datamining als de nieuwe revolutie in het beleidsonderzoek
10.5 Van een passieve naar een actieve rol van de beleidsonderzoeker
10.6 De beleidsonderzoeker krijgt een eigen status
10.7 Evaluatieonderzoek evolueert naar een hoger niveau
10.8 Van een gesloten naar een open markt (of toch niet helemaal?)
10.9 Beleidsonderzoek vooral in samenwerking en netwerken
10.10 Beleidsonderzoek als uitvloeisel van professionalisering van het beleidsproces
10.11 De invloed van Europa blijft groeien
10.12 Tot besluit: de vergeten schakel in de Nederlandse kennis-infrastructuur
Methoden van beleidsonderzoekers
Marieke Boekenoogen & Carla Verheijen