Den Haag, 23 juni 2008
P E R S B E R I C H T
Landelijke stakingsdag zzp-ers (overheidsadviseurs)
Dinsdag 1 juli 2008 is uitgeroepen tot landelijke stakingsdag voor zelfstandig opererende overheidsadviseurs. Deze zzp-ers (zelfstandigen zonder personeel) bieden door hun flexibele beschikbaarheid en
resultaatgerichtheid het overheidsapparaat vaak uitkomst. Maar deze zzp-ers zijn de huidige aanbestedingsregels voor het verkrijgen van opdrachten nu echt beu.
De zzp-ers ervaren dagelijks dat de overheid met haar aanbestedingingsregels een eerlijke concurrentie verhindert en zowel ambtenaren als zelfstandige adviseurs dwingt tot het overtreden van regels.
De bevindingen van de initiatiefnemers voor het uitroepen van deze landelijke stakingsdag zijn in tien punten op een rij gezet (zie bijlage). Vermoedt wordt dat 95% van de overheidsadviseurs, die als zzp-er werken deze ervaringen delen. De overige 5% ook, maar die durft dat niet hardop te zeggen.
Met de landelijke stakingsdag willen de initiatiefnemers de overheid duidelijk maken dat de aanbestedingregels snel en ingrijpend moeten veranderen, zodat eerlijke concurrentie en het naleven van regels mogelijk worden.
/// Einde persbericht ////
Bijlage: Praktijkervaringen zzp-ers (overheidsadviseurs) met aanbestedingsregels – Klinkers / Schiphorst.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de initiatiefnemers van de landelijke stakingsdag
mr. dr. Leo Klinkers, Klinker Public Policy Consultants www.klinkers.info en drs. Albert Jan Schiphorst, AJMS Management Advies, ajms.man.advies@orange.nl
Praktijkervaringen zzp-ers (overheidsadviseurs) met de aanbestedingsregels
door:
– mr. dr. Leo Klinkers, directeur Klinkers Public Policy Consultants, Den Haag
– drs. Albert Jan Schiphorst, directeur AJMS Management Advies, Den Haag
Den Haag, mei 2008
We zetten onze bevindingen in tien punten op een rij. Wij vermoeden dat 95% van de overheidsadviseurs die als zzp-er (zelfstandige zonder personeel) werken deze ervaringen delen. De overige 5% ook, maar die durft dat niet hardop te zeggen.
1. De aanbestedingsregels zijn sterk bureaucratiserend. We hebben geen bezwaar tegen bureaucratie, want zonder de reguliere administratie kan een land niet worden bestuurd. Maar bureaucratisering is een pathologisch verschijnsel dat zich voordoet zodra een professional wordt gedwongen papieren in te vullen waarvan hij de betekenis niet begrijpt en waarvan de praktijk uitwijst dat ze zinloos, en niet zelden contraproductief zijn. Die papieren dienen niet het intrinsieke doel van de opdracht zelf, namelijk de kwaliteit van de samenleving verbeteren, maar alleen de interne orde en beheersbaarheid van de administratie. Er verschijnen tientallen publicaties – onlangs nog in maart De tien plagen van de staat, De bedrijfsmatige overheid gewogen (Van Gennep 2008) – die toelichten waarom deze op beheersing gerichte attitude in de praktijk averechts werkt.
2. De aanbestedingsregels creëren een extra administratieve last. Een zzp-er is te vergelijken met een lid van het midden- en kleinbedrijf, bijvoorbeeld een kruidenier, slager of rijwielhandelaar: die is altijd met zijn werk bezig. Omdat hij/zij geen personeel heeft moet dat papierwerk plaatsvinden bovenop al het andere werk. Bovendien vergt het veel tijd om voortdurend te scannen welke overheidsorganisatie aanbestedingen uitzet. Beide – extra – inspanningen vereisen voorts specifieke expertise en handigheid. Die moet de zzp-er zich dan op een of andere manier eigen maken. Dat gaat ten koste van de tijd die besteed moet worden aan overheidsopdrachten en voegt geen waarde toe aan de kwaliteit die voor het succesvol uitvoeren van de opdracht nodig is.
3. De aanbestedingsregels creëren marktmacht en oneerlijke concurrentieverhoudingen. Alleen bedrijven met personeel dat gespecialiseerd is in het permanent scannen van aanbestedingen en het vullen van de vereiste papieren, hebben de fysieke en intellectuele mogelijkheid in huis om in te schrijven op een aanbesteding. Afgezien van het feit dat de noodzaak tot het hebben van dergelijk personeel een kostenverhogende factor is die in de tarieven wordt versleuteld en dus ten laste komt van de opdrachtgever, of wel de belastingbetaler, moeten die grotere consultancybedrijven blijven groeien om zich staande te houden. Dat heeft verschillende effecten. Ze slokken zzp-ers op, ofwel omdat die op hun eentje niet meer kunnen bestaan, ofwel om hun specifieke expertise in huis te halen; ze gaan ook de niche-markten bewerken, het traditionele werkterrein van zzp-ers; ze gaan fuseren tot steeds grotere conglomeraten om voldoende omzet te kunnen halen (vergelijk het proces van melkquota in de landbouw); ze gaan (net zoals de steeds grotere industriële vissersboten de oceanen leegstropen) alle markten absorberen.
4. De aanbestedingsregels leiden tot normafwijkend gedrag. Daaronder verstaan wij het gegeven dat dit proces van concentratie van marktmacht en oneerlijke concurrentieverhoudingen criminogene aspecten vertoont: het heeft in zich het zaad dat onder omstandigheden leidt tot frauduleus of corruptief gedrag; Enkele voorbeelden:
In de sfeer van de EU-aanbestedingen komen ‘spookoffertes’ voor. Zogenaamde bedrijven schrijven in, niet met het oogmerk een opdracht te verwerven, maar om na toewijzing van de opdracht aan een ander, via het aangeven van vormfouten een hoge schadevergoeding te eisen. Die ze dan ook krijgen. Daar leven ze van.
De door de aanbestedingsregels gecreëerde immanente drang tot schaalvergroting brengt grote consultancybedrijven naar een punt dat het hoe dan ook verwerven van grote opdrachten een overlevingsbelang wordt. Daardoor ontstaan achter de schermen machinaties om koste wat kost grote opdrachten binnen te rijven. In de marge daarvan ontstaan situaties zoals in de jaren zestig toen de staat met miljarden de verlieslijdende scheepsindustrie moest proberen overeind te houden, omdat het omvallen daarvan grote sociaal-economische gevolgen zou hebben. Een ander effect is inschrijven onder de prijs om hoe dan ook binnen te komen. En daarna trucs toepassen om alsnog meer omzet te maken. Inkopende opdrachtgevers trappen daar steeds opnieuw weer in.
Sommige opdrachtgevers die graag met een specifieke zzp-er willen werken, ontduiken de aanbestedingsregels door enkele andere opdrachtgevers erbij te zoeken waardoor het totale bedrag in stukken wordt geknipt en dus de regels niet te hoeven worden toegepast.
De aanbestedingsregels dwingen opdrachtgevers om meerdere partijen uit te nodigen om mee te dingen naar de opdracht. Echter, niet zelden weet de opdrachtgever van tevoren al aan welk bedrijf de opdracht zal worden gegund. De andere partijen worden slechts voor de vorm uitgenodigd. Ze besteden veel kostbare tijd aan het invullen van de voorgeschreven formulieren, vanzelfsprekend zonder resultaat.
De aanbestedingsregels activeren een proces van economy of scale. Daardoor ontstaat er niet alleen monopoliserende marktmacht, maar leidt de krimp van het aantal consultancybedrijven ook tot situaties waarbij ze van elkaar weten op welke aanbesteding ze gaan inschrijven. Ze spreken onderling af (om koste wat kost hun mensen aan het werk te kunnen houden) wie het laagste zal inschrijven en dus de opdracht zal verwerven. Als tegenprestatie wordt aan de anderen delen van het werk gegund. Wat dat betreft verschilt het niet van de bouwsector.
5. De centralisering van de inkoop van offertes leidt tot verlies van kwaliteit. Centrale inkopers kennen de kwaliteit van zzp-ers niet in relatie tot de opdracht. Ze kijken naar de prijs en nemen dan hun beslissing. Dat leidt mede tot het onder 4 beschreven gedrag van opdrachtgevers, die zelf ook omhoog zitten met die onwerkbare regels en dan naar bedenkelijke uitwegen zoeken. Centrale inkoop van potloden en computers is nog iets anders dan van offertes van zzp-ers die in opdracht van een overheid samenlevingsproblemen moeten oplossen.
6. Er is veel na-aapgedrag. Je komt als zzp-er aanbestedingsregels tegen die te zot zijn om ernstig te nemen. Vooral kleinere gemeenten apen gewoon na wat ze bij een andere gemeente aan papierwerk hebben gevonden en leggen dat klakkeloos aan de inschrijvers op zonder erover na te denken of dat ook in het kader van die opdracht passend is. En vervolgens houden ze zich er zelf niet aan. Een geliefkoosd onderwerp in aanbestedingsregels is het denken in termen van deadlines. Bij veel processen is dat een onwerkbaar iets. Maar als je je als indiener van een offerte zo goed en zo kwaad mogelijk van die taak hebt gekweten blijkt de opdrachtgever zich zelden of nooit te houden aan de deadlines die voor hem zelf gelden.
7. De aanbestedingsregels creëren verkapte casino’s. Voor een zzp-er die zich toch door alle onwerkbare onzin heenworstelt is dingen naar een opdracht via de aanbestedingsregels weinig anders dan een loterij met nieten. Als je niet toevallig de opdrachtgever kent, en als die niet op zijn manier de offerte gaat wegen, maak je geen schijn van kans tegenover de grote consultancybedrijven. Waar een opdrachtgever per se jou als zzp-er wil hebben omdat hij die kwaliteit wil en geen andere, wordt er handig en bekwaam aan de aanbestedingsregels een punt gedraaid. En dat was toch niet de bedoeling? Het resultaat is hetzelfde: opdrachtgever en opdrachtnemer vinden elkaar zoals dat vroeger ook gebeurde, maar nu zit er onnodig veel extra tijd, kosten en ergernis tussen.
8. De aanbestedingsregels verarmen de potentie van de economische (vernieuwings)motor. Het midden- en kleinbedrijf is de motor van de economie. Zzp-ers vormen daarvan een onderdeel. Zij zijn, anders dan de grote consultancybedrijven, ondernemers. De leiders van die grote bedrijven zijn werknemers van die bedrijven en weten doorgaans niet wat ondernemen, in de zin van het zelfstandig nemen van je eigen bedrijfsbeslissingen, inhoudt. Het overheidsbeleid is gericht op het in de markt zetten van ondernemers. De aanbestedingsregels werken in dat verband contraproductief, omdat zzp-ers de extra administratieve lasten en het moeten opboksen tegen de groeiende monopoliserende marktmacht van grotere bedrijven vaak niet overleven.
9. Zzp-ers zitten (positie-inherent) aan de randen van systemen. Daar ontstaat de vernieuwing. Door zzp-ers uit de markt te duwen of op te slokken ontstaat een 'gemiddelde interventie'. Vernieuwing, durf, lef, authenticiteit passen niet in het midden/gemiddelde van een interventie. Consultancybedrijven tenderen naar 'acceptabele kwaliteit' en niet naar topkwaliteit. Immers dàt je binnenkomt is belangrijker dan waarmee je binnenkomt. Wat aangeboden wordt is dus van een doorsneekwaliteit en het lijkt allemaal op elkaar: 'macdonaldisering' als metafoor voor groei op de grootste gemene (smaak-)deler.
10. De aanbestedingregels frustreren het aanbieden van kwalitatief hoogwaardige offertes en leiden veelal tot moeizame besprekingen over aanpassingen direct na gunning. Meerdere partijen ontvangen schriftelijk een offerteverzoek. Vervolgens wordt direct contact met de opdrachtgever/probleemhebber in het offertestadium gemeden, niet op prijsgesteld of zelfs verboden. Vragen dienen schriftelijk gesteld en beantwoord te worden. Een optimale uitwisseling in een persoonlijk gesprek met de potentiële opdrachtgever waarin doorgevraagd kan worden over probleem, achtergronden,verwachtingen en mogelijkheden vindt daardoor niet plaats. Offertes worden daardoor opgesteld met het idee ‘eerst zorgen dat we binnen zijn’. Door onder de prijs te aan bieden en na binnenkomst te gaan manipuleren om de echte prijs te kunnen ontvangen.
Onze conclusie is dat de overheid met haar aanbestedingsregelgeving zelf de mededinging verstoort en tevens een voedingsbodem creëert voor normafwijkend gedrag, zowel aan de kant van de aanbesteders, als aan die van degenen die op een aanbesteding inschrijven.