Spiral Dynamics: de toekomst van God.

Eerder gepubliceerd in The Planet Times ( www.theplanettimes.com ). Het model van Clare W. Graves ( www.clarewgraves.com ), waarin Spiral Dynamics zijn wortels heeft, heeft bij dit artikel als leidraad gefungeerd.

Religies op een kruispunt?
Een man in Amsterdam, met een Islamitische achtergrond, bekrast een lingerieposter omdat daarop een vrouw staat in alleen BH en slip.
Een vrouw met een Christelijke achtergrond is boos op EO-presentator Andries Knevel die opmerkte dat schepping en evolutie elkaar niet hoeven uit te sluiten.
Theo van Gogh wordt enige jaren eerder vermoord.
Geert Wilders maakt duidelijk waar het in zijn visie om gaat als hij spreekt over de Islam en verkrijgt stil aan interesse van hoger opgeleiden, zo meldden de kranten.
Kleine en grote taferelen die het nieuws over religie in de media bepalen.

‘De religie die geacht wordt ons te helpen de juiste instelling te bewaren, lijkt vaak het geweld en de wanhoop van onze tijd te weerspiegelen’, zo stelt godsdienst-expert Karen Armstrong.[1] Maar wat is er eigenlijk aan de hand en hoe ziet de toekomst van religie er uit? Om die vragen te beantwoorden is het nuttig eerst terug te gaan in de verre historie.

Hoe anders was het religieuze leven duizenden jaren terug. Een tijd waarin mensen niet de middelen had om ver te reizen. Ze bewerkten het land en hoedden schapen, geiten en varkens. Natuurlijk waren er af en toe enkele schermutselingen maar de verschillende groepen hadden geen vijanden. Het was een leven georganiseerd rondom de terugkerende ritmes in de natuur en voorouderverering. Voor zover men in die tijd over godsdienst kon spreken, was deze eenvoudig en vreedzaam. Mensen voelden een onzichtbare kracht  in zichzelf en alles wat ze zagen, hoorden en aanraakten. Storm, wind, bomen, rivieren dieren en planten waren geen onpersoonlijke en onbezielde fenomenen. De mensen van toen voelden zich verwant er mee en vereerden ze als iets goddelijks. Er waren daardoor meerdere goden.

Dat veranderde allemaal toen de moderne werktuigen werden ontdekt. Houten karren maar vooral bronzen wapens en het temmen van paarden zorgden voor meer mobiliteit. Krijgerschap en het bijbehorende gedrag werden deel van het leven. Het geweld nam toe als nooit tevoren. Macht was kracht. Een heldentijd brak aan. Hoofdmannen streefden naar rijkdom. Roem, agressie, roekeloze moed en militaire  vaardigheid werden bewonderd. Ze waren dol op hun strijdwagens en machtige bronzen zwaarden. Sterven op het slagveld, dood door geweld, was deel van die heldencode.

Dat nieuwe wereldbeeld leidde ook tot een nieuwe godsdienstperceptie.  De nieuwe goden waren drakendoders in strijdwagens. Krijgers voelden, wanneer ze vochten, zich een met deze goden. Een leven afhankelijk van veeroof, maakte vechten meer dan een sport. Het werd omkleed met rituelen die er een goddelijke macht aan gaven. Deze rituelen gaven hun oorlogsvoering een ziel en hun gevechten heilig.

De macht van de nieuwe technologie maakte het mogelijk dat koningen duizenden boeren voor gedwongen arbeid of oorlogsvoering konden inzetten. Koningen hadden in deze wereld een absolute macht en goddelijke status. Ze zagen zichzelf als de zonen van de goden. Het is interessant hier te vermelden dat ook in de vroegste teksten van de Bijbel – losse verzen die rond de tiende eeuw voor Christus werden geschreven, Jaweh werd voorgesteld als een Goddelijke krijger.

Met de opkomst van de steden werd er een nieuwe dimensie toegevoegd aan het religieuze denken en voelen. Steden en handel konden daarbij niet goed functioneren in een omgeving waar krijgerschap dominant was. In de zogenaamde Spiltijd (1600- 900 v. Chr.) ontstonden de eerste gedachten over moraal en zelfverzaking.  Echte helden hadden zelfbeheersing. Ze terroriseerden hun medemens niet maar probeerden agressie tegen te gaan.

Als een koning in het Midden Oosten zo rond de achtste eeuw voor Christus zijn verplichtingen verzaakte jegens de armen, schond hij de voorschriften van de goden. In diezelfde tijd raakte o.a. het Oostelijke Middellandse Zee – gebied gealfabetiseerd. Klerken begonnen een koninklijk archief op te bouwen om de oude gebruiken en verhalen te behouden.

We zien daarbij langzaam een eerste ontwikkeling van het louter optekenen van verhalen naar het denken in regels en leerstellingen die boven de koning stonden. Tevens was een belangrijk punt dat mensen gevoel voor andere mensen en de goden belangrijker begonnen te vinden. Het dienen van een medemens was een reproductie van Gods weldadigheid en barmhartigheid.

Er begon een kloof te ontstaan tussen de Goddelijke en menselijke wereld die er niet eerder was geweest. Daarbij ontstond er ook een verschuiving naar een soort oppergod. Dit resulteerde uiteindelijk in het monotheïsme. De gedachte dat er slechts één God bestaat boven alles verheven. Kijkend naar de historie blijken de wortels van alle monotheïstische godsdiensten dezelfde te zijn en te liggen in de ethiek van deze spiltijd. Het jodendom, christendom en islam zijn allen vanaf hetzelfde punt ontstaan. Daarbij is in de loop van de eeuwen de band tussen religie en moraal steeds hechter geworden.

Na het ontstaan van het Christendom, en later de Islam, en de geleidelijke vertaling van christelijke en Islamitische gedachten in ‘dogma’s’ en zog. absolute regels, kwam er de nieuwe wereld van de Verlichting in Europa.
Na 1500 veranderde vooral de Westerse wereld en kregen kooplieden en handelaren meer invloed. Bovendien leidde Gutenbergs uitvinding van de boekdrukkunst een nieuw tijdperk in. Mensen konden nu zélf de Bijbel lezen.

Protestantisme was door deze ontwikkeling een logisch gevolg, naast katholicisme. De volgelingen daarvan wezen de kerk als centrale plaats van openbaring af. Een aardse bemiddelaar was niet nodig. Ieder voor zich kon de bijbel op zijn eigen wijze interpreteren. Waren die interpretaties verschillend dan was er geen door God aangewezen gezag dat een beslissende uitspraak kon doen.
De waarheid was alleen nog te vinden door in zichzelf te keren. De gevolgen waren dat er niet één protestantisme ontstond maar een veelheid van sekten en filosofieën.

Wat betreft de moraal was deze stroming in wezen anarchistisch maar de macht van de traditionele zeden en gewoonten, absolutistische manieren van denken en handelen en respect voor autoriteiten was zo groot dat de aanhangers binnen de perken van de conventionele deugdzaamheid bleven.
Terzijde zij opgemerkt dat de Islam toen al een veel grotere rijkom aan interpretatiemogelijkheden, uitdrukkingsvormen bood dan bijv. het Christendom. Daardoor was er ook een tolerantie tegenover andere godsdiensten.

In het protestantisme konden we in het Westen de eerste kleine tekenen van religieuze individualisering waarnemen. Deze is pas de laatste decennia echt doorgebroken. Naast het atheïsme is er sprake van nieuw godsperspectief: een meer individuele god. Het is niet meer alleen de Autoriteit die hoog boven je ergens op een troon zit. Nee, het contact wordt persoonlijker. God komt dichterbij je.

Tegelijkertijd heeft de verdere individualisering het contact met religie voor vele mensen ontheiligd. Van absolutistische manieren van denken met respect voor normen zijn we mede door de industriële vooruitgang getransformeerd in personen die keuzemogelijkheden willen hebben. Er is sprake van een religieuze en spirituele supermarkt.

Voor de meer traditioneel en absolutistisch ingestelde mensen die expliciet hechten aan de Normen zoals een godsdienst die voorschrijft een doorn in het oog. Omdat zij worden bedreigd in hun religieuze denk en handelwijze en gevestigde posities door deze verdere individualisering en bijbehorende religieuze consumentendemocratie, laat een tegenreactie niet op zich wachten. Fundamentalisme is één van deze reacties.

‘Fundamentalisten zien niets in de democratie, meer keuzemogelijkheden, religieuze tolerantie, vrede, vrijheid van meningsuiting of scheiding van kerk of staat. Christelijke fundamentalisten verwerpen de conclusies van de biologie en de natuurwetenschap en houden vol dat het boek tot in de kleinste details klopt. Joodse fundamentalisten houden zich strikter dan ooit aan de aan hun geopenbaarde wet en moslimvrouwen vermijden de verworvenheden van het Westerse feminisme en hullen zich in sluiers en chadors. Er zijn ook fundamentalistische boeddhistische, hindoeïstische en zelfs confucianistische stromingen die de eveneens moeizame verworven inzichten van de liberale cultuur verwerpen, die vechten en doden in naam van de godsdienst en die het heilige in de wereld van de politiek en nationale strijd willen introduceren’,   

zegt Karen Armstrong in haar boek ‘de strijd om God’. Het is ook begrijpelijk dat een overgang van het ene naar het andere godsbeeld niet zonder slag of stoot gaat zoals het fundamentalisme laat zien. De toekomst van de religie de komende decennia zal dan ook sterk worden bepaald door de ‘clashes’ tussen vooral de fundamentalistische ‘regelgeoriënteerden’ van deze verschillende religieuze wereldbeelden en de meer individueel ingestelde mensen die zelfbeschikking en keuzemogelijkheden willen.

Daarbij kan men ook reeds enkele nieuwe wereldbeelden ontwaren. Het internet en de bijbehorende technologie creëert een ‘mindset’ bij vele jongeren om de wereld te zien als een plek van relaties, netwerken en relativisme. Een nieuw ‘wij-denken’ met als basisgedachte ‘wij hebben onze manier van denken en anderen de hunne. En het is niet aan ons om daar over te oordelen zolang deze andere denkwijze humaan is en oog heeft voor de noden van mensen, de natuur en het voorkomen van het uitbuiten van de wereld in al haar facetten.’

Relativisme als fundament waarbij iemand zich in verschillende religies verdiept omdat ze allemaal iets moois te vertellen hebben in spiritueel opzicht. Deze generatie zal ook de basis kunnen leggen voor nieuw religieus besef gekoppeld aan het besef dat we met zijn allen op een planeet leven.

Godsdienstles op de lagere school legde enige decennia terug een basis voor moreel denken en handelen door een nadruk op de tien geboden uit de Bijbel. De individualisering maakte dat een dergelijke overdracht van Christelijke waarden en normen op vele scholen minder vanzelfsprekend werd. Vanuit het genoemde relativisme als wereldbeeld ligt een nieuwe gedachte voor de hand. Een canon van de geboden en basisregels van verschillende religies naast elkaar waarbij de overeenkomsten, en aanvullingen op elkaar, worden overgedragen aan jonge kinderen. Relativisme als een herontdekking van fundamentele waarden en spiritualiteit van de eerdergenoemde spiltijd maar dan aangepast aan een complexer geworden wereld.

Tegelijkertijd zien we een verschuiving van het denken over godsdienst in termen van louter regels en/of filosofieën naar een hernieuwde aandacht voor het zogenaamde ‘schouwende’, meer mystieke niveau. Denk bijv. bij dat laatste aan profeten die, ook al stonden ze vaak er echt niet om te springen volgens Karen Armstong, bepaalde inzichten moesten doorgeven aan de mensheid.

Een herstel van de relatie met een onzichtbare dimensie en onzichtbare krachten zoals die aan het begin van dit artikel werden beschreven. Een geestelijk niveau dat in alle religies is terug te vinden. Daarbij oog hebbend voor, en meer gevoel krijgend voor, onze planeet als geheel. Als plaats die we dienen te respecteren met het oog op een voortbestaan van ons allen. Een niet vanzelfsprekend uitgangspunt in de huidige vorm van religies zoals die worden beoefend maar wel broodnodig.

Voordat er echter een verdere transformatie is gemaakt, zullen er nog vele clashes hebben plaatsgevonden. Gevestigde posities in verschillende godsdiensten hebben immers veel te verliezen bij een transformatie naar een integraal religieus besef. De vraag is of ons die tijd rest.

Max Herold,
April, 2011. 

Gebruikte literatuur.


De Strijd om God: een geschiedenis van het fundamentalisme. Uitgeverij De Bezige Bij, Amsterdam, 2000.

The Battle for God

De Grote Transformatie: het begin van onze religieuze tradities. Auteur: Karen Armstrong. Uitgeverij de Bezige Bij, Amsterdam, 2005.

The Great Transformation: The Beginning of Our Religious Traditions

 

Een Geschiedenis van God. Auteur: Karen Armstrong. Uitgeverij De Bezige Bij, Amsterdam 2006.

Een geschiedenis van God
Een geschiedenis van God
Karen Armstrong

In dit boek onderzoekt Karen Armstrong het ontstaan en de ontwikkeling van dit idee in het jodendom, het christendom en de islam. Wat zijn de verschillen en wat de overeenkomsten? Is het idee van één God essentieel voor het mensdom? In dit belangrijke en controversiële boek beschrijft Armstrong niet een geschiedenis van God zoals hij ‘is’, maar zoals de mens in hem geloofd heeft. Ook stelt ze de vraag: wat betekent God tegenwoordig? Heeft hij toekomst? En zo niet, hebben we een vervanging nodig? 

Geschiedenis van de Westerse filosofie, Auteur: Bertrand Russel. Uitgeverij Servire, Utrecht, 2006.

Geschiedenis van de westerse filosofie
Geschiedenis van de westerse filosofie
Bertrand Russell

Wat niemand nu meer zou durven, deed de grote schrijver en filosoof Russell in dit boek: de volledige westerse filosofie in één duizelingwekkend verband brengen met haar sociale en politieke context. Zijn weergave van de uitspraken van de grootste filosofen over de grote levensvragen, hun onderlinge debatten en de rol die zij speelden in hun tijd en cultuur, is schitterend geschreven en voor iedereen te begrijpen. Daardoor is dit boek zowel een spannende inleiding in de wijsbegeerte, als een monument van eruditie en wijsheid dat in geen enkele boekenkast mag ontbreken.

Denkfundamenten ontsluierd. Auteur: Max Herold. Uitgeverij Managementissues.com, Leiden, 2005.

 http://www.managementissues.com/spiral_dynamics/spiral_dynamics/
denkfundamenten_ontsluierd_een_introductie_in_spiral_dynamics_20050701303.html